Een bijzondere carnaval in Groesbeek

Op 9 februari reisde UVS 2 af naar Groesbeek voor de clash met PION 1. Het is alweer even geleden, maar ik moest er nog steeds een verslag over schrijven. Iets met vaten en niet verzuren, zullen we maar zeggen.

De helft van het team ging per fiets naar de Mallemolen, drie-achtste ging per auto en ik kwam per OV vanuit mijn werk in Utrecht. Het was de vrijdag voor carnaval, dus het dorp vierde reeds volop feest. Een deel van het centrum was daardoor afgezet, dus reed mijn bus een omweg en was het moeilijk manoeuvreren voor chauffeur Klaus:

Tobi kwam met de trein uit Den Bosch. Die zou ik oppikken, maar de trein kwam 4 minuten te laat, daarna moesten we nog Wim ophalen, wat langer duurde dan we hadden ingeschat.
Alles bij elkaar viel het tijdverlies wel nog mee: we waren in Groesbeek om 20.10 uur, nog ongeveer 100 meter van
de schaakzaal verwijderd. Groesbeek was echter vanwege carnaval hermetisch voor autoverkeer afgesloten. Nog nooit heb ik zo’n hekel gehad aan carnaval, vooral het carnaval in Groesbeek. Men had niet eens de moeite gedaan om de automobilist fatsoen de weg te wijzen.

We zochten een parkeerplaats een stuk verder weg, waardoor we veel te laat aankwamen. Ik spoedde mij naar bord 1. Ik zag, dat de beginstand nog op mijn bord stond en (onnozel van mij) ik dacht, dat mijn tegenstander nog niet met de partij gestart was. “Sympathiek”, dacht ik nog en had nog ’n babbeltje met hem, maar toen zag ik, dat mijn klok al 25 minuten verder was. Heel onprettig die achterstand.

Klaus, Wim en Tobi begonnen dus alle drie met een achterstand op de klok. Dat helpt natuurlijk niet. Wim wist zijn partij gelukkig te winnen, maar Tobi ging helaas onderuit. Net als Klaus, die een goede partij op bord 1 speelde, maar uiteindelijk jammerlijk miste dat zijn koning en dame op een lijn met een zwarte toren kwamen te staan. De einduitslag had dus zo maar in óns voordeel uit kunnen pakken.

In de fietsploeg ging het gelukkig beter. Furkan en invaller Jan-Hendrik verloren weliswaar, maar Ron won.

En Onno speelde ook een prima pot.

Zo stond het 4-3 voor PION en alleen ik was nog bezig. Ik had mezelf bewust op bord 2 gezet, omdat ik het graag op wou nemen tegen Theo Wijnhoven. Ik kwam door één slechte pionzet (15…a6) slecht te staan, daarna compleet verloren, maar in vliegende tijdnood gebeurden er de vreemdste dingen…

Zo eindigde de wedstrijd met 4½-3½ in ons nadeel. Mijn partij was dusdanig laat afgelopen dat de autoploeg reeds vertrokken was, omdat Tobi de laatste trein moest halen. Maar ik bleef achter met een probleem: de laatste bus was al weg en ik kon niet meer wegkomen uit Groesbeek! Had ik maar meegefietst…

Gelukkig was mijn moeder zo lief om me vanuit Wijchen op te komen halen (dankjewel Inge!) en kon ik de tijd doden door naar Theo’s anekdotes over langvervlogen schaaktijden te luisteren. Ik kwam dus laat maar heelhuids thuis aan.

De autoploeg had daarentegen een krankzinnige thuisrit. Het woord is weer aan Klaus:

Ik had geen tijd om over mijn onverdiende verlies te rouwen, want we moesten snel weg, omdat Tobi de trein van 00:30 uur moest halen. De chaos die toen ontstond was onbeschrijfelijk. Blijkbaar hadden we een andere uitgang van de Mallemolen genomen, zodat de route naar de parkeerplaats moeilijk vindbaar was. Met vragen en zoeken hadden we de parkeerplaats gevonden. Toen we eindelijk met z’n drieën in de auto zaten, reed ik achterwaarts het parkeervak uit en botste ik met de achterkant tegen de achterkant van ’n andere auto. Nadat de eerste verwarring enigszins voorbij was, volgde een ander probleem: hoe kom je uit het carnavallende Groesbeek?
Gelukkig had Tobi zijn mobiel als navigatiesysteem, waarop een vriendelijke dame ons de verkeerde weg wees, zelfs door een straat, waar de auto niet mocht rijden. We kwamen toen terecht midden in een zingende en dansende en wiegelende menigte, maar we kwamen daar niet verder vanwege de barricade. Ik moest dus omdraaien om een andere weg te vinden. Dat moest voorzichtig gebeuren (vanwege de rondlopende mensen). Dat lukte uiteindelijk. Ik was nog niet erg ver toen de politie ons achtervolgde met een groot wit licht. Afijn hevig boze politie: ze zouden bijna door mij overreden zijn, bovendien had ik in ’n straat gereden, waarin ik niet mocht rijden. Ik legde uit, dat we geen pils gedronken hadden, maar geschaakt. Een blaastest volgde. Het bleek dat ik veel te nuchter was. We mochten doorrijden. Na nog wat puzzelen en zoeken, waren we eindelijk uit Groesbeek ontsnapt, maar het was intussen te laat voor Tobi om de trein te halen: hij kon bij Wim blijven slapen. De volgende dag zou Tobi nog met de fiets gaan kijken naar de beschadigingen van de daar geparkeerde auto en om dan een briefje achter te laten.

Hoe het is afgelopen met de blikschade en het briefje weet ik niet. Maar schaken tijdens carnaval in Groesbeek? Volgend seizoen spelen we thuis!

Share

Geef een reactie