Random-chess bevalt niet
Anton 31
Guido 9
Erik 7
Duidelijk. Random-chess heeft als voordeel dat kennis van specifieke openingen je niet helpt. Algemene openingsstrategie helpt je wel. Bij veel schakers zie je de neiging om snel veel af te ruilen om zo in ‘gewone’ stellingen terecht te komen. Dat zie je ook in deze partij tussen Anton en Guido. Hierin zie je ook goed gedemonstreerd dat de rokade bij Random-chess net iets anders werkt.
De strijd om de derde plek werd beslist in deze partij. Als je ooit een voorbeeld wilt zien van een slechte loper dan moet je deze partij eens bekijken. In het eindspel lijkt zwart een sterk paard op e6 te hebben. Maar Erik zet het op c7 en bedenkt even later dat hij dat paard eigenlijk helemaal niet nodig heeft. Wit heeft eindelijk zijn loper buiten de keten waar, o noodlot, zwart gaat promoveren (met wat medewerking van wit – toegegeven) op het veld waar de loper ooit begon.
Gezien het aantal afvallers – van de tien spelers speelden er 4 maar 3 partijen of minder – lijkt deze schaakvariant niet voor herhaling vatbaar.
Wil je nog even kijken hoe onze schakers die vermaledijde non-openingen speelden? Kijk dan gewoon nog even hier.
Volgende week weer snelschaken en de week erna gaan we de Philidor-opening trainen!
Recente reacties